Spel van de week: Het afspel zit meestal wel snor

Bestemd voor de minder ervaren speler

De meeste minder ervaren bridgers kunnen best een spelletje redelijk afspelen. Meer moeite hebben ze met het tegenspel, maar dat is niet vreemd. Dat geldt namelijk ook voor ervaren bridgers. De meeste punten verliezen minder ervaren spelers op gebrekkig bieden. Ik geef enkele voorbeelden:

Voorbeeld 1:

Je hebt in handen ♠87 ♥AH105  ♦B2 ♣AV983 en je opent op de eerste hand met 1♣.

Links van je wordt 2♦ geboden (zwak, 6-kaart) en de partner past. Wat doe je?
a. Pas. Dan mag de tegenstander spelen en daar heb je een hekel aan, want dan moet je tegenspelen.
b. Doublet. Dan loop je het risico dat de partner 2♠ biedt en daar zit je niet op te wachten.
c. 2♥. Dat is een reverse bod dat 17+ punten belooft en die heb je niet.
d. 3♣. Daar is die hand echt te mager voor. Bovendien beloof je dan een 6-kaart klaveren en die heb je niet.

Het antwoord is simpel. Als alle biedingen niet deugen kun je maar beter passen. Slechts 8 paren van de 60 die dit spel tijdens de kroegentocht Zoetermeer in handen kregen waren daartoe bereid. Bij goed tegenspel is 2♦ niet te maken. Contracten boven het niveau van 2♦ in NZ zijn allemaal kansloos. Het is dus passen geboden en laat de tegenstander maar verdrinken.

Noord start met ♣10, Zuid komt aan slag, casht de tweede klaveren en speelt in de derde slag een kleine klaveren. West moet wel hoog troeven (♦9) om een directe downslag te voorkomen. Noord gooit een harten af. West zit nu hoe dan ook in de problemen. Het beste kan hij nu ♦AV10 incasseren en zodoende om het aantal downslagen te beperken, maar down is niet te voorkomen. Oversteken naar ♦H maakt de situatie alleen maar erger.

Voorbeeld 2:

Het biedverloop

OW verliest 2 schoppenslagen en een slag in ieder van de drie bijkleuren mogen NZ en gaat voor 500 onder de tram. NZ noteert een score van 97%. 3♦ in NZ kan gemaakt worden en is met open kaarten dicht, maar scoort heel wat minder slecht voor OW. West heeft best een aardige kaart maar heeft zijn hand met 2♠ dubbel en dwars verkocht.

Voorbeeld 3:

Het biedverloop

Een simpele veel voorkomende fout. Beide partijen overwaarderen hun hand terwijl er sprake is van een mogelijke misfit. De 1SA bieding van Oost kan niet door de beugel; met te weinig punten en een latente misfit is PAS het juiste bod. Al is 2♠ genoeg, voor het 3♠ bod van West is wel begrip op te brengen.
N.B. Als Noord start met een kleine klaveren kan 3♠ worden gemaakt.

Conclusie:

De meeste fouten worden gemaakt als de tegenstander zich met de bieding bemoeit. We houden niet van tegenspel en daarom bieden we te hoog.

Tips:

1. Als er geen deugdelijk bod kan worden gedaan, kun je maar beter passen (voorbeeld 1);
2. Verkoop je kaart niet 3 keer (voorbeeld 2);
3. Bij vermoedens van een misfit z.s.m. de rem erop. (voorbeeld 3).